zaterdag 24 maart 2018

Hier wil ik niet wonen

Tijdens de 'slum walk' door Bsiawe was ik al tot de conclusie gekomen dat ik in die wijk zeker niet zou willen wonen. In Kampala zelf dan? Nou, misschien maar zeker niet van harte. Al is het weer meestal heerlijk, woon-werk verkeer is dan wel een dingetje. Maar er zijn delen van Kampala waar ik absoluut niet zou willen wonen. Ik ben ook bang dat met mijn westerse gestel het niet al te lang in die wijken zal uithouden.

Een van die stukken Kampala waarvoor bovenstaande geldt ligt op slechts 10 minuten lopen van ons 'vakantiewoning' vandaan. Ook weer in goed overleg met onze gastvrouw en heer besluiten we om met een minimale bepakking (flesje water en een kleine fotocamera) een wandeling door Kasanvu Slum te maken. Net als alle slums van Kampala ligt deze slum in het laagst gelegen deel van de stad.


op de achtergrond het moeras
Tegen het natte moeras, langst een niet meer gebruikte spoorbaan, is in de loop der jaren een woongemeenschap ontstaan van mensen die het niet kunnen (of willen) betalen om elders in de stad op een  betere plek te wonen. Via de fatsoenlijk verharde Bukasa Road lopen we over een nieuw aangelegde weg de wijk in. Recht vooruit zien we een groene oase (het moeras). Over een rustig stromende rivier ligt een stevige brug, zonder reling dat dan wel weer.  We lopen er naar toe waarbij de lucht wat bedenkelijk wordt. Als we op de brug staan zien we gitzwart water voorbij stromen. De lucht is ontzettend smerig, een rioolzuiveringsinstallatie in Nederland ruikt hierbij vergeleken naar een wc-verfrisser. En pal naast dit open riool spelen kinderen en grazen koeien. Ongemerkt ril ik terwijl het + 30 graden is.

We draaien om, lopen een stukje terug over de verharde weg en slaan links af. Over een paar meter breed hobbelig pad staan we naar een paar stappen midden in de slum. We kijken vol verbazing en iets wat verward rond. Kunnen hier mensen wonen? Kun je hier je kind laten opgroeien? Ja, blijkbaar kan dat want we zien volop leven. Mensen doen de was voor de deur en proberen ook nog wat groente of fruit te verkopen.


Er is een kerk, er staat een houten hok van 2 * 2 meter te huur, het hotel is even dicht en kinderen hebben plezier bij de (veilige) waterbron.





We lopen verder, kijken rond en maken hier en daar onopvallend een foto. Mensen kijken ons wat verbaasd aan. Veel witte mensen zien ze hier niet. De sfeer is ontspannen, we voelen ons wat ongemakkelijk maar niet echt onveilig. Iets verder op, waar de ruimte tussen de huisjes wat groter is, worden we (denken we) wel eens nageroepen. We houden ons maar Oost-Indisch doof.


niet helemaal onopvallend deze foto gemaakt



een grotere 'winkel'


Na een half uurtje wandelen en rondkijken staan we weer op een geasfalteerde doorgaande weg. Dit was wel even een heftige ervaring. Moeilijk te vatten in beelden of woorden. En voor een Europeaan als ik onbegrijpelijk dat hier een regering niets aan doet. De prioriteit ligt duidelijk niet hier bij deze mensen. En de mensen lijken zich er ook niet druk om te maken, men is waarschijnlijk te druk met overleven. Dan heb je geen tijd en energie over om in opstand te komen.

Kunnen we hier iets aan doen? Ik heb er een hard hoofd in. Het systeem in Oeganda, maar ook in veel andere ontwikkelingslanden, klopt gewoon niet/ Zolang een regering drukker is met het vullen van de eigen zakken is het dweilen met de kraan op. Met gemengde gevoelens loop ik terug naar ons verblijf, veilig achter een hoge muur. Neefje stuitert vrolijk rond, ik pak een biertje. Mijn wereld draait door, die van hun, 10 minuten lopen verder op ook. Daar kunnen zij maar ook ik niet echt veel aan veranderen.


Beste blog-lezers, met deze blog wil ik deze serie afsluiten. Bedankt weer voor jullie belangstelling en positieve reacties. Het was me een genoegen om dit met jullie te mogen delen. Tot een volgende keer.


...................................hoor ik daar een We want more!! We want more!!....................................................................

woensdag 21 maart 2018

Bevallen van een rivier

Voordat ik jullie weer mee terugneem naar de stad nog een beetje natuur met een apart verhaaltje. Het is een overlevering dus of het helemaal waar is, ik heb mijn twijfels.

Een paar honderd jaar geleden was de Oegandese vrouw Nakangu in verwachting van een tweeling. Zwangerschapsverlof is nog niet geïntroduceerd dus hoogzwanger werkt ze op het land om voor haar gezin te zorgen. Maar er is een moment dat de baby's besluiten dat het in mama's buik allemaal een beetje te krap wordt. De bevalling zet zo snel in dat de vrouw geen tijd heeft om naar huis te gaan. Boven aan een heuvel, midden op het land bevalt ze.

Maar tot een ieders verbazing komen er niet twee kinderen ter wereld maar twee riviertjes. En het zijn deze twee riviertjes die schijnbaar uit het niets de waterval van Ssezibwa voorzien van een eindeloze stroom water.




Deze legenda maakt van de waterval een spirituele plaats waar men de twee ongeboren kinderen van Nakangu, Ssezibwa en Mobeya, vereert. Men is er van overtuigd dat deze twee jong nog steeds in het water van de waterval voortleven. Overal rondom de waterval kom je potjes tegen waarin bier, koffie en allerlei andere spullen geofferd worden. Tussen de rotsen zien we ook pijprokende mannen en vrouwen die bezig zijn de geesten gunstig te stemmen.




de jeugd maakt ook kennis met de legende

Ik ben er echt geweest




Wel leuk al die vereringen, wij genieten gewoon van dit natuurverschijnsel. Ik ben hier waarschijnlijk veel te nuchter voor om er een voorstelling bij te hebben. 


het begin, een opborrelende bron


Kerk zonder gebouw



 


Waar ik echter geen hout van begrijp is de ongelooflijke rotzooi die men er ook hier weer van maakt. Tijdens seances overnacht men hier ook wel, maar afval mee naar huis nemen is blijkbaar een te grote opgave. Oegandesen, gaan jullie je eens even heel ernstig schamen! Dit is toch niet de manier om met je culturele erfgoed om te gaan? 


Selfie!



maandag 19 maart 2018

Toch ook nog wat natuur


Ik ben inmiddels al 15 blogs onderweg, ik kan me dan ook wel de vraag voorstellen: 'Frank, heb je dan alleen maar stad en mensen gezien? Een Afrikaans land met oerwouden, wilde dieren en een groot meer. Heb je daar dan helemaal niets van meegekregen?'

Het hoofddoel van deze vakantie was de stad en zijn mensen. We hadden natuurlijk een weekend naar het zuidwesten kunnen afzakken om de berg gorilla's  te gaan zien. Dan waren we minimaal 2 dagen autorijden en $1800,= verder geweest waarbij je nog niet de garantie hebt dat je onze voorvaderen ook daadwerkelijk tegen het lijf loopt. Wat we wel gedaan hebben is de middenklasse Oegandees volgen naar zijn favoriete weekend-besteding: relaxen aan het meer

Het Victoria-meer is een ontzettende grote plas water midden in Afrika waar Kampala een half uurtje rijden vandaan ligt. Op zondag is het voor de Oegandees (met een redelijk gevulde portemonnee) een geliefde plek om met het gezin te verblijven. We sluiten ons hier gewoon bij aan en beginnen met het eten van een gefrituurd Tilapia-visje, pal aan het meer.

de visafslag

het visrestaurant

Tilapia vis

het restant

Na het eten schepen we in voor een boottocht over het meer. Eerst varen we langst de kust en zien de ons plekje waar we net vis hebben gegeten. Pal voor de kust liggen verschillende eilanden waar niet veel mensen wonen. Maar daardoor leven er wel ontzettend veel vogels. Onze schipper tuft rustig dicht langst de kust waardoor we op ons gemak kunnen genieten van de natuur. Het is echt een relaxte manier om de zondag door te brengen.

Zijde reiger

Mangrove reiger

Aalscholvers

King Fisher

Zwartkop wevervogel

Nijlganzen


Na de boottocht genieten we nog even na aan de oever van het meer en zien ook daar veel mooie natuur voorbij komen.