zaterdag 10 oktober 2020

Fietsen

 

 

 

Zeg je Moezel, dan zeg je wijn maar ook wandelen en fietsen. Over wijn heb ik eerder geblogd, over wandelen blog ik in mijn volgende blog. In deze blog stappen we op de fiets. We kunnen ook bij het park fietsen huren maar om dan bij de Moezel te komen moeten we op de fiets de Koningsberg af. Dat gaat nog wel als je goed remt, maar hebben we dan een fietstocht van een kilometer of 40 onder de kont, dan moeten we ook nog 5 kilometer behoorlijk steil omhoog. Dat zien we niet zo zitten, mede omdat de weg naar boven geen apart fietspad heeft en de inlanders rijden hier niet echt rustig. We rijden dus met de auto naar Traben-Trarbach en huren daar mooie tweewielers.
 
De route zal nagenoeg vlak zijn, over de rechteroever van de Moezel heen en via de linkeroever terug. Via slaperige dorpjes, af en toe hebben ze iets spookachtig zo weining leven is er, Wolf, Kindel, Lösnich en Erden fietsen we door Rachtig. Om dan via Zeltingen en Graach an der Mosel in Bernkastel aan te komen. We parkeren de fietsen en schrikken ons (bijna) een hartverzakking: het is al lang koffietijd geweest. We lopen, met mondkapje, het eerste de beste terras met een plekje in de zon op. We genieten, al blijkt dat misschien niet helemaal uit onderstaande foto links.
 
 
Na deze verwennerij, het leven is immers een feestje en daar hoort taart bij, wandelen het stadje in. Het is druk maar niet te. Bernkastel is een klein stadje met ruim 6000 inwoners. Bijzonder is vooral de grote hoeveelheid vakwerkhuizen. Ze hebben hier goed hun best gedaan om alles er op en top uit te laten zien. Het renaissancestadhuis dateert uit 1608. Ook opvallend is het “Spitzhäuschen”, een huis wat een smalle fundering heeft waarbij de tweede verdieping veel breder is. Vroeger moest je in Bernkastel belasting betalen op basis van het aantal vierkante meters dat je huis op de benedenverdieping groot is. Dus bouw je een huisje met weinig vierkante meters grondoppervlak en maak je de tweede verdieping gewoon breder. Slim maar het is een apart gezicht.
 
Stadhuis
 
Spitzhäuschen
 

 

Na een uurtje rondwandelen hebben we het wel gezien. We halen de fietsen van het slot, rijden de brug over de Moezel over en fietsen, heerlijk genieten van het mooie weer via de linkeroever terug richting Traben-Trarbach. Wehlen, Machern, Ürzig en Kindheim vinden we op onze route. Was het op de rechteroever al niet druk in de dorpjes, hier links lijkt het helemaal uitgestorven. Het is woensdagmiddag 2 uur maar het lijkt wel zondagochtend 7 uur, zo stil. 

Ter hoogte van Wolf steken we de Moezel weer over (er wordt aan een nieuw fietspad gewerkt dus kunnen we niet helemaal tot Traben-Trarbach via de linkeroever doorrijden). Eenmaal in Traben-Trarbach hebben we zo’n 44 kilometer weggetrapt, het was een mooie rit. We gaan het leven verder vieren bij ons huisje: “Wijnen, wijnen, wijnen!”.

1 opmerking: