vrijdag 3 oktober 2014

Knallende einde

Terug van de Brienzer Rothorn zien we diverse buren van ons Happy Home druk in de weer met vlaggen. Ook de zoon van onze gastvrouw is bezig om vlaggetjes op te hangen. Zijn ze zo blij dat we weg gaan? We krijgen zelfs te horen dat er 's avonds vuurwerk is. Nou, nou, zo erg was het toch niet dat we er waren?
Een beetje doorvragen en niet ons vertrek blijkt de reden van alle feestelijkheden. Het is vandaag een feestdag, een nationale feestdag zelfs. En daar horen vlaggen en vuurwerk bij. Wat wordt er dan precies gevierd? Daarop wist onze gastvrouw niet echt een duidelijk antwoord op te geven. Toch wel een beetje raar dat je niet weet waarom je feest viert.







Thuis in Zwolle even googelen en we komen op:
"Deze datum is afkomstig uit de legende rondom de stichting van het Zwitserse eedgenootschap, waarin staat dat op 1 augustus 1291 de staatjes Uri, Schwyz en Unterwalden op de Rütli een eeuwigdurende eed hebben gezworen elkaar te ondersteunen en te beschermen"


En soort oprichting van het land Zwitserland dus. Dat is wel een reden voor een feestje. Ieder dorp heeft zijn eigen biertent en sluit de avond af met vuurwerk. Keurig geregisseerd begint Brienz om half 10, een kwartier later volgt Iseltwald. Daarna Böningen en als laatste Oberried. En het enige wat wij hoeven te doen is onze stoelen op het terras iedere keer een stukje omdraaien. Dit is nog eens een knallend einde van een vakantie.

Morgen weer terug naar huis. Plannen voor een volgende vakantie zijn er zeker al, maar eerst maar de bankrekening aanvullen. Rest mij om jullie als bloglezers en lezeressen weer te bedanken voor jullie belangstelling. Geen idee wanneer ik me weer meld met nieuwe verhalen die ik met jullie wil delen. Ik hou jullie wel op de hoogte.

zondag 7 september 2014

4 en 7 Eiken


Deze blog is geen onderdeel van mijn serie over onze vakantie in Zwitserland. Even een tussendoor blog dus.

In 2011 heb ik al eens een blog geschreven over de Four Oaks Trade Exhibition. Omdat mijn blog-lezers publiek tegenwoordig uit wat meer mensen bestaan als toen, nogmaals een blog over deze beurs in Engeland. Net als in 2011 heb ik dit jaar de gelegenheid om mee te gaan naar deze beurs. De reden is exact hetzelfde als vorige keer: de verkoper die normaal gesproken de beursstand bemand is samen met zijn vrouw weer in blijde verwachting. Zijn vrouw is zover dat een meerdaags bezoek aan de andere kant van de plas er niet in zit.

Drukte bij het opbouwen
Het is maandag 1 september, 3:30 als we (collega Gert en ik) in Zwolle vertrekken. De nacht is zwart, sterren schitteren aan de hemel en het is rustig op de weg. Nederland ontwaakt als we de grens bij België passeren. De zon komt op en na 4 uur draaien we de parkeerplaats bij de Eurotunnel op. Even tijd voor een Starbucks koffie en dan naar de trein. Met 110 kilometer per uur zijn we in 35 minuten aan de andere kant. We reizen dus terug in de tijd want het is opeens een uur vroeger. Omdat we voldoende tijd hebben om bij de beurs in Lower Withington, Cheshire bij Manchester te komen stoppen we in Kent nog even bij een klant. Een offerte voor uitbreidingen voor WinTree bespreken. 2 uur nuttig praten en dan weer verder. Onder Londen door, het is druk. Het schiet niet echt op. Mijn ogen vallen even dicht. Om 4 uur komen we dan uiteindelijk aan op het beursterrein.

Ingepakt
Uitgepakt

De beurs wordt gehouden op het terrein van de kwekerij Four Oaks (klant van TSD). In en naast de kassen zijn de standhouders druk bezig om de stands op te bouwen en aan te kleden. Gelukkig vinden we een parkeerplaats dicht bij onze stand. Een mooie ruime hoekstand langst een doorgaand pad. Top plek dus. Nog geen 2 uur later hebben we de stand opgebouwd, morgenochtend nog even de computers erin en dan zijn we er helemaal klaar voor. Het is nog mooi weer dus we besluiten toeristje te gaan spelen. We gaan een stukje toeren door het Peak-district. Mooi glooiend landschap met vergezichten. Bovenop een heuvel een Inn waar we een prima maaltijd nuttigen. Vervolgens naar ons hotel in Alderley Edge, het bed lonkt.
Peak District


Dinsdagochtend: met een stevig ontbijt in de maag begint de eerste beursdag wat tam. Vanuit de hoofdingang duurt het even voordat de stroom bezoekers zich verder over de beurs hebben verspreidt. Geeft ons alvast de mogelijkheid om zelf een beetje rond te lopen. Naast Engelse klanten van TSD staan ook een aantal Nederlandse klanten op deze beurs. Kunnen we die ook meteen even goedendag zeggen. Naast boomkwekers en tuincentra loopt er ook veel 'voor TSD niet interessante mensen' rond. Echte tuinliefhebbers die veel aandacht hebben voor al het groen op de beurs, maar slechts aandacht hebben voor onze pennen. Maar tussen al deze liefhebbers weten we toch ook een paar potentiële klanten onze stand in te krijgen. Onze nieuwe applicatie om op een tablet je voorraad te tellen trekt de aandacht. Dit is absoluut een noviteit in de markt.
v.l.n.r. Gert, potentiële klant
en Ben (stock manager) 

Deze applicatie, een aanvulling op het beheer van de voorraad zoals we al in WinTree kennen, is samen ontwikkeld met een grote Engelse klant van TSD. De 'Stock Manager' van dit bedrijf is gedurende de hele beurs onze gast in de stand. Hij weet met zijn praktijkervaring goed de voordelen (tot ruim 50% tijdwinst) van het gebruik van WinTree met deze applicatie uit te leggen. Aan het einde van de dag hebben we minstens 2 afspraken staan om via een online demo meer van WinTree te laten zien.

Tevreden kunnen we, Arie (CEO TSD) is per vliegtuig ook gearriveerd,  de eerste dag afsluiten met een hapje eten in Alderley Edge. Op een paar minuten van ons hotel vinden we een leuk terras.  Ondanks dat het een gewone doordeweekse dag is, is het druk op straat en in de restaurants. Maar wat vooral apart is is de grote hoeveelheid 'compensatie'- auto's die voorbij komen. Met een Porsch tel je hier bijna niet mee. Nee, een Massarati, Bently of een vette Land Rover is het minimum. Er zoeft  zelf een Rolls Royce langst. Min puntje daarbij is dan wel weer dat de eigenaar zelf rijdt en geen chauffeur met pet heeft. We genieten van het eten, een goed gesprek en alles wat op straat gebeurd. Ik krijg bijna de neiging om het gezellig te vinden. Voordat ik echt van mijn principe val maar snel naar bed.
Boskoopse lijnrijder pakt flink uit

Niet alleen maar planten
Wie koopt deze lelijke beeldjes eigenlijk?
Ons uitzicht vanuit de stand
De derde dag, woensdag, begint ook weer met een lekker stevig ontbijt. Ook nu weer een rustig begin van de beursdag. Het is minder druk als gisteren maar we kunnen een aantal leuke en nuttige gesprekken voeren. Er is zelfs weer belangstelling uit Ierland, de economie trekt daar aan en dat biedt weer mogelijkheden voor TSD. De dag kabbelt richting sluitingstijd. Vanaf 4 uur begint iedereen al een beetje met afbreken. Om half 5 is de beurs afgelopen, de stand afbreken en dan op weg naar het overnachtingshotel in Sevenoaks. In dit plaatsje net ten Oosten van Londen slapen we in een 7 Diner Hotel. Een hotel en restaurant geheel in de jaren 70 stijl. Helaas zijn John Travolta en Olivia Newton-John er even niet, Elvis is wel behoorlijk nadrukkelijk met zijn muziek aanwezig. Gelukkig is daar in de kamer niets van te merken.
You're the one that I want, Oh, Oh, Oh

De donderdag is een reisdag waarbij we om 9:20 de trein hebben en om 16:00 uur terug zijn in Zwolle. We kunnen terugkijken op een goede beurs, of het daadwerkelijk een succesvolle verkoopbeurs is geweest zal de komende maanden moeten blijken. Of de getoonde interesse omgezet wordt in orders is natuurlijk altijd afwachten.

zaterdag 6 september 2014

Fileermes

Brienz
Als je veertien dagen op visite bent in een land dan krijg je natuurlijk maar een beperkt beeld van een land. Maar toch wil ik jullie een aantal 'karakteristieken' van Zwitserland en zijn bewoners voorleggen. Uiteraard totaal niet wetenschappelijk onderbouwd, gewoon zaken die ons zijn opgevallen.





  • Iedereen is klein, we kunnen makkelijk op ze neer kijken.
  • Ze praten onduidelijk Duits, af en toe heb je het idee dat je in een Scandinavisch land bent. Ook op de radio is geen zender te vinden waar 'fatsoenlijk' Duits gesproken wordt.
  • Het is overal schoon.
  • Het openbaar vervoer is prima geregeld, alleen ontzettend duur.
  • Prijzen van kabelbanen, bergtreintjes en een kopje koffie zijn niet grappig hoog.
  • Slechts sporadisch kom je op, de verder prima bewegwijzering kilometerafstanden tegen.
  • Het beheer van het water hebben ze prima in de hand, het liep alleen deze veertien dagen een beetje uit de hand. Het was gewoon te veel van het goede.
  • Men ontzettend snel is met het opruimen van rotzooi en zo na een grondverschuiving of modderstroom.
  • Het is overal schoon, of had ik dat al gezegd?
  • De natuur is lekker ruig, geen liefelijke en glooiende Alpenweiden. Nee, hoge rotsbergen, steile wanden en hier en daar een plukje gras.
  • Lauterbrunnen-Tal

  • Veel skiliften zijn in de zomer niet open.
  • De Zwitsere vlag veel te zien is, ook bij particulieren in de tuin.
  • De Zwitser ook in eigen land op vakantie gaat, maar ook worden regelmatig busladingen Chinezen (of Japanners, ik zie het verschil niet) losgelaten. Overal kom je deze kleine mensjes tegen. En overal elkaar op de foto zetten. Een soort bewijs zeker dat ze er echt geweest zijn.
  • De Zwitser is een rustig persoon, in tegenstelling tot de nadrukkelijk aanwezige Amerikaanse toerist. 'Wij zijn er en de hele wereld zal het weten'. Bah!
  • Het salaris van de Zwitser behoorlijk moet zijn als je de prijzen in de supermarkt bekijkt.
  • Benzine daarentegen verrassend genoeg wel ruim 20 cent goedkoper is als in Nederland.
  • Jodelmuziek naar twee nummers al behoorlijk irritant begint te klinken.

Zwitserse postbodes

Aan de oever van Vierwaltstattersee




Al met al heeft Zwitserland een positieve indruk op ons gemaakt. Het is een mooi land, jammer dat de regen af en toe speelbreker is. Of we hier nog een keer terugkomen hangt af van het winnen van een loterij. Want met een Jan modaal-vakantiebudget is het aantal uitstapjes wel wat beperkt. Tenzij je er lol in beleefd om onderin het dal te beginnen met een wandeling bergop. Na uren de top bereiken en dan weer lopend terug. Kan leuk zijn, maar dat is niet helemaal ons idee van een vakantie waarin je toch ook wat wilt uitrusten.

Iemand enig idee wat dit bord betekent?

woensdag 13 augustus 2014

Tieten en souveniers

Het is de maandag van de eerste week. Grauw en mistig begroet de omgeving ons als we in de ochtend de gordijnen opentrekken. Prima weer dus voor de geplande activiteit:  St. Beatus - Höhlen, net voorbij Interlaken. En Interlaken ligt weer slechts 12 kilometer vanaf ons Happy Home. Gelukkig dus maar kort in de auto gezeten, achteraf gezien is de grot het niet waard om daar uren voor in de auto te zitten.

Vanaf de parkeerplaats klimmen we een stuk omhoog naar de ingang. Even geduld en dan kunnen we met een grote groep en gids de grot in. De wandeling gaat over een pad van 800 meter de berg in en dan weer via hetzelfde pad terug. Onderweg veel bukken om je hoofd niet aan het plafond te stoten. Af en toe een stalagtiet en hier en daar ook een mietje. We hebben wel eens mooiere tieten en mieten gezien. De gids verteld alles in het Duits en in het Engels. Grappig in haar uitleg is het verschil in lengte van het pad dat we gaan lopen. Is het pad in het Engels 800 meter lang, voor de Duitstaligen is het pad ruim 200 meter langer.

Eenmaal weer buiten is het, tegen alle voorspelling in, nog steeds droog. We stoppen in Interlaken (567 mt.). Beetje rondkijken, niet veel bijzonders te zien, vooral veel souvenirwinkels. Hebben we dan ook meteen maar gebruik van gemaakt. Daarna terug naar huis, het begint te spetteren. En dat spetteren gaat over in stortregenen.
Mondain Interlaken, vol met hotels

Stuw in de Aare

zondag 10 augustus 2014

Beer en genie

Er is zeker één persoon (Annemiek) waarvan ik weet dat ze me een knuffelbeer vindt. Daarnaast ken ik ook minstens één persoon (ikzelf) die me, alhoewel sporadisch, roemt om mijn geniale ingevingen. De titel zou kunnen suggereren dat deze blog dus over mijzelf gaat. Niets is minder waar. Deze blog gaat over Bern.



De hoofdstad van Zwitserland, gelegen aan de Aare, heeft zich mogen verheugen in een bezoek van de familie Rommens. Of ze ervan onder indruk zijn weet ik niet, wij hebben in ieder geval een leuke dag gehad. We beginnen de dag op het stationnetje van Oberried. We gaan met de trein. Die Zentralbahn, de Zwitserse NS, gebruikt blijkbaar geen Zwitsers horloges. Met een vertraging van drie minuten vertrekken we naar Interlaken-Ost. Daar hebben we vijf minuten overstaptijd, nu dus nog maar twee, om de intercity naar Bern te halen. Gelukkig gebruiken ze in Interlaken dezelfde horloges dus we zijn op tijd. Soepel en comfortabel komen we in hartje Bern aan.


Zytglogge
Eerste stop is bij de VVV voor een stadswandeling. Het VVV vinden is wel even een dingetje maar we kunnen snel met een duidelijke kaart op weg . We beginnen in de Spitalgasse. Een mooie brede straat, net als alle andere straten, waar alleen trolleybussen en een tram doorheen rijden. Geen ander verkeer, behalve soms een CD-auto. Maar die schijnen nergens ter wereld zich aan de verkeersregels te houden. Mooie hoge gebouwen met bijna overal een overdekte wandelpromenade. Allemaal winkeltjes en veel toeristen. We vallen wat dat betreft niet op, Olaf met z'n lange haar wel een beetje. Wat zeker opvalt is het gebrek aan rotzooi op straat en de grote hoeveelheid fonteinen, bronnen is denk ik een beter woord. De Pfeiferbrunnen, de Anna-Seiler-Brunnen, Schützenbrunnen, Kindlifresserbrunnen, Simsonbrunnen en nog veel meer. Allemaal rijk en kleurig versierd. Via de oude gevangenispooort lopen we de Marktgasse in. Onder de Zytglogge, een astronomisch uurwerk wat een beetje lijkt op hetgeen we in Praag gezien hebben, door de Kramgasse in.


En daar komen we op nummer 49 de genie uit de titel van deze blog tegen. In dit huis heeft Einstein zijn beroemde theorie uitgedacht. Dat is allemaal natuurlijk in het hoofd van Einstein gebeurd. Het huis zelf zal niet echt geïnspireerd hebben. Gerechtigkeitsgasse, ook weer vol met etende mensen op volle terrassen. Dan de Untertorbrucke over de Aare, omhoog richting de Rosengarten. Mooi uitzicht over de oude binnenstad.

Terug naar beneden langst de Bärengraden. Hier lopen drie levende bruine beren in een redelijk ruim verblijf rond. De beer is het symbool van de stad en Berner Oberland, vandaag die kuil met deze bruine jongens (of meisjes?) midden in de stad. Terug de Aare over de binnenstad weer in.

Langst Münster/Stiftgebäude, de kathedraal van Bern. Aan de buitenkant lelijk ontsiert, net als vele andere gebouwen in Bern, door steigers en bouwkranen. De versiering boven de grote toegansdeur is schitterend, binnen geen oe's of ah's. Gewoon best saai. Maar wel een bordje 'Verboden te fotograferen', wordt het toch nog spannend. Herrengasse, Casinoplatz, Kochergasse; allemaal mooie gebouwen maar geen uitschieters. Bundeshaus, zou best mooi kunnen zijn maar ook hier lelijke bouwkranen en steigers. Met Photoshop is er nog wel iets van te maken. Via de Bundesgasse komen we weer op het vertrekpunt, Bahnhofplatz uit.

Shop, shop, weg kraan.
Bern, het is de treinreis zeker waard geweest. Mooie stad, lekker ontspannen sfeer en schoon, ongelofelijk schoon. Na Amsterdam, Brussel, Londen, Parijs, Berlijn en Praag kunnen we weer een hoofdstad in Europa aan vinken als 'Gezien'. Morgen gaan we het eens wat hogerop zoeken. Wat we daar zien kunnen jullie in de volgende blog weer lezen.

Dakgoot van Europa

Vanuit onze blije huis hebben we zicht op de Brienzersee met hieromheen allemaal bergen, tot zo'n 2000 meter. Links van ons hebben we, al het niet bewolkt is, zicht op de Brienzer Rothorn (2350 mt.). Vanaf Brienze kun je met een treintje bovenop komen. Kost een paar frankjes maar vanaf boven zou je de echte hoge bergen zoals de Jungfrau en de Mönch kunnen zien. Van onze gastvrouw hebben we het advies gekregen om, zodra het 's ochtends opgeklaard is om meteen te gaan. Je weet het met het weer immers niet hoelang het mooi blijft.

De motor van de auto is nog niet warm of we stoppen alweer in Brienze. We krijgen van een vriendelijke mevrouw een parkeerkaart voor de hele dag. De trein rijdt maar tot halverwege de berg. 

Niet helemaal zeker van wat de mevrouw bedoeld, Zwitsersduits is lastig tot bijna niet te volgen, lopen we naar de kassa. Ja, de trein gaat inderdaad maar tot Planalp (1346 mt.). En nee, we kunnen ook niet te voet verder. Door de grote hoeveelheden water is de top van de berg onbereikbaar. Men is druk bezig alles op te ruimen en het duurt zeker nog een aantal dagen voordat de top weer bereikbaar is. Dat valt tegen. Even familieberaad, wat nu? Opties afwegen; het is nu mooi weer, daar moeten we gebruik van maken. Dus een andere berg dan maar. De parkeerkaart verdwijnt achter voorruit nummer 3.

De andere berg is de Männlichen Gipfel, 2342 meter hoog. We komen dus maar 8 meter lager te staan dan eerst de bedoeling was.. Deze berg ligt, vanuit ons blije huis gezien, recht voor ons maar is vanaf het terras niet te zien. Daar ligt een kam van onbenoemde bergen voor. Via Interlaken rijden we het Lauterbrunnen-Tal weer in. We slaan halverwege linksaf het Lütschental in. Na 10 kilometer licht bergop parkeren we in Grindwald Grund (943 mt.). In één blikveld vangen we maar liefst vijf 4000+ bergen. Witbesneeuwd steken de Schreckhorn (4978 mt.), de Fiescherhörner (4049 mt.), de Mönch (4107 mt.) en natuurlijk de Jungfrau (4158 mt.) boven het groene dal uit. Daar tussenin probeert kleine broertje Eiger met 'slechts' 3970 meter ook indruk te maken. Het lukt hem! Graag hadden we op dit dak van Europa (overigens zijn dit niet de hoogste bergen van Europa, die liggen een stuk zuidelijker) gestaan. Theoretisch ook mogelijk want je kunt met de trein tot op 3454 meter hoogte. Dit is voor een gewone toerist wel de maximale hoogte die zonder touwen te bereiken is. Maar om nu ruim € 162,00 neer te tellen voor een ticket, per persoon! is een te grote aanslag om het vakantiebudget. We gaan het dak maar vanuit de dakgoot bekijken.


We bereiken de dakgoot op 2227 meter hoogte met een kabelbaan. In nog geen 10 minuten tijd staan we bovenop de Männlichen. Schitterend uitzicht op het dak. Misschien nog wel mooier om er zo tegenaan te kijken dan dat je er bovenop staat. Of maken we dat onszelf wijs? Via een korte klim komen we op de Männlichen Gipfel, 2342 meter hoog. Een klein plateau waar het een drukte van belang is. Geduld hebben om foto's zonder mensen erop te maken. Om diepte in een foto te krijgen is een bloemetje of een koe op de voorgrond veel leuker.

Jungfrau
We hebben thuis in Zwolle al wat onderzoek gedaan en weten dat vanaf deze berg een familievriendelijke wandelweg naar een tussenstation van de kabelbaan loopt. Nu zijn we geen berggeiten dus kiezen we deze 'makkelijke' weg richting het dal. Gemakkelijk is natuurlijk relatief, je anderhalf uur bergafwaarts begeven met soms behoorlijk steile stukken gaat op den duur best in de benen zitten. Aan de rechterhand hebben we de hele tijd zicht op de grote jongens. 


Met op de achtergrond de koebellen verwachten we ieder moment dat de von Trapps de berg komen afzeilen. Doos-deksel, ree-woud. Het blijft ons gelukkig bespaart. Zonder kleerscheuren bereiken we Holenstein op 1529 meter. Hier stappen we in de kabelbaan om ons relaxed verder naar beneden te laten brengen. Nog een laatste blik omhoog, het zijn machtig hoge en indrukwekkende bergen.
Mogelijk hadden we deze bergen ook, in de verte, vanaf de Brienzer Rothorn gezien. Maar nu we de bergen vanuit de dakgoot hebben bekeken zijn we blij dat de Brienzer Rothorn gestremd was.



Ballenberg

Dit is niet Ikea op een berg. Ballenberg is een plaatsje. Stel als plaats helemaal niets voor maar toch hebben we de navigatie op deze plaats ingesteld. In deze plaats staat namelijk het Freilichtmuseum Ballenberg. Freilichtmuseum, mooi woord voor openluchtmuseum. Ook nu is de motor van de auto amper warm of we zijn er al weer. Niet alleen op Google Maps maar ook in werkelijkheid ligt ons blije huis lekker centraal tussen diverse bezienswaardigheden.

Zwitser-Italiaanse hoeve
Op 66(!!) ha heeft men meer dan honderd verschillende gebouwen verzameld. Allemaal gebouwen die iets met het agrarische karakter van Zwitserland te maken heeft. Dus veel boerderijen, stallen en alpenhutten. Je zou denken dat je na de eerste tien boerderijen het wel gezien hebt maar dit is echt niet zo. Je kunt Zwitserland namelijk in grofweg vier gebieden verdelen: Jura, Mittelland, Voralpen en de Alpen. En ieder gebied heeft zo zijn eigen klimatologische en geografische eigenschappen waarbij ander soort gebouwen nodig zijn. In het museum zijn gebouwen uit deze vier gebieden verzameld. Hierdoor biedt het museum een breed scala aan boerderijen en andere agrarische gebouwen.

Door de ruimte die het museum heeft staat alles ruim verspreidt. Waar het functioneel is zijn soms gebouwen bij elkaar gezet. Maar meestal heeft een gebouw meer dan genoeg ruimte om zich heen. Het is omdat je iedere keer ongeveer dezelfde bergen als achtergrond hebt anders zou je denken dat je een wandeling door heel Zwitserland maakt. Inclusief een paar korte maar behoorlijk steile klimmetjes. Natuurlijk zijn in een aantal gebouwen ambachtslieden aan het werk. Een bakker, smid, kantkloosters, hoedenmakers en kaasmakers laten zien hoe men vroeger te werk ging. Om de gebouwen heen liggen soppige groene Alpenweiden. Bij de gebouwen is vaak een tuin aangelegd met de vergeten groente, graansoorten en bloemen. Leuk om te zien.


Niet alleen deze grote verzameling gebouwen maakt dit museum bijzonder. Wat vooral bijzonder is, daarbij ga ik er vanuit dat de folder de waarheid verteld, is dat alle gebouwen origineel zijn. Afgebroken op de plaats waar ze oorspronkelijk stonden en herbouwd in Ballenberg.
Ook het interieur is zoveel mogelijk uit het oorspronkelijk gebouw meegenomen. In een paar jongere huizen hebben we even het idee dat we ons blije huis ook in het museum staat. Het merendeel van de gebouwen komt uit de 19de eeuw, maar er zijn ook gebouwen uit de 15de eeuw. Het oudste huis is oorspronkelijk in 1336 gebouwd. Men gaat zo ver in zijn standpunt dat men alleen originele gebouwen in het museum neerzet, dat een boerderij die in 1994 in het museum afbrandde, niet meer herbouwd is. Het originele gebouw bestaat immers niet meer. De ruine staan nog wel in het museum. In het 'echt' vielen veel boerderijen door het veelvuldig gebruik van hout wel vaker te prooi aan de vlammen.


Na bijna vijf uur hebben we het wel zo ongeveer gezien. De beentjes beginnen een beetje moe te worden. We kunnen ons voorstellen dat als je ieder gebouw uitgebreid wilt bekijken je wel een paar dagen in het museum zoet kan zijn. Één dag is voor ons wel genoeg. We hebben een mooi overzicht gezien van hoe de Zwitserse boer heeft gewoond en gewerkt.

Familie van elkaar?